Een Aarde 100 keer groter dan de Aarde zal meer dan waarschijnlijk een gasplaneet zijn (en zelfs dat is al groot voor een gasplaneet), maar je hebt wel een punt. Bij een Aarde die 2 keer groter is zou je al merkbaar meer moeite ondervinden dan wij hebben, tenzij (andere) kenmerken ervoor zorgen dat de planeet weinig zwaartekracht heeft of de atmosfeer dun is (en bij dat laatste moet je dan over genoeg bescherming tov de ster, goede klimaatregulatie en genoeg zuurstof of wat de aliens nodig hebben om te overleven hebben).
Een veel kleinere Aarde zou moeite hebben met het behouden van de atmosfeer, kijk naar Mars bijvoorbeeld dat kleiner is dan de Aarde. Nog veel kleiner en de zwaartekracht is niet groot genoeg om de bolvorm intact te houden, en dan heb je het over een asteroïde, maar de Maan of Ceres zijn bijvoorbeeld nog net groot genoeg om hun ronde vorm te behouden. Een grotere Aarde lijkt me meer kans te hebben om een zeer dikke atmosfeer te hebben verder ook (wat de limitaties die
@makila; beschrijft het er ook niet beter op maakt).
Als je in die theorie gelooft dat de Aarde door de Maanformatie of door andere kenmerken uniek is, dan hebben we het over de
Rare Earth Hypothesis maar zelfs Aardes met deze kenmerken zullen nog steeds veel voorkomen in zeker al het universum en zelfs nog Melkwegstelsel. Door de kenmerken hebben we wel er nog niet veel tegengekomen omdat kleinere Aardes zeker op deze afstand van een gele ster moeilijk te observeren zijn, zeker als je niet weet waar je moet zoeken, dus over de frequentie daarvan kan je alleen maar speculeren.
Wel akkoord met
@makila; er zijn heel veel redenen. Ik heb een boek omtrent dit thema, en dat boek alleen al somt 75 theoriën op als mogelijk antwoord op dit vraagstuk en behandelt het in 3 hoofdstukken: "1. Ze zijn er, en ze zijn hier (wat een beetje de complottheoriën zijn, UFO's enzovoort en dus het kleinste hoofdstuk is) 2. Ze zijn hier, maar we hebben ze niet tegengekomen (vaak verklarend vanuit het gedrag/psychologie/biologie van de aliens of technologische limitaties die universeel zullen zijn en 3. Ze zijn er simpelweg niet, waarbij enkele great filters (er is geen leven, er is geen multicellulair leven, er zijn geen aliens etc. onder meer worden gebruikt of onderdelen van de Rare Earth Hypothesis. De schrijver zegt ook dat het echte antwoord er één is waarbij verschillende antwoorden van toepassing zijn tegelijkertijd, met name een complex antwoord. Het probleem met de Rare Earth Hypothesis is ook een beetje dat je vertrekt vanuit we weten dat de Aarde goed is voor ons, doordat wij er zijn, en dat dan vertalen naar andere plaatsen toe in het universum, wat een vrij geocentrische visie is.
Dit is een beetje de frequentie van de type exoplaneten, maar daar moet je rekening houden met wat bias.
1. Het is makkelijker om grote planeten te ontdekken, en ook planeten die dicht bij hun ster staan.
2. De zoektocht is soms specifiek gericht naar exoplaneten die over zoveel mogelijk Aardse kenmerken beschikken of binnen de habitable zone zitten. Telescopen worden soms ook specifiek voor die reden gebouwd of gebruikt, en meer onderzoek wordt daar ook naar gewijd.
3. Bij de meeste van de exoplaneten zal er een bias zijn naar planeten bij rode dwergen omdat exoplaneten daar makkelijker te ontdekken zijn door minder licht die de ster afgeeft en de ster die relatief kleiner is.
4. Niet elke "rocky planet" zal zoals de Aarde zijn, die kunnen zoals Venus zijn, maar ook bijvoorbeeld zoals Mars of de Maan en er zullen nog wel variaties zijn.
"Hot Neptune-sized planets" lijken wel niet zo veel voor te komen op basis daarvan.