Post van de Maand - Deel hier jouw favorieten!

Ja kom, deze hé!

Of post van het jaar?
Klein bedankje aan alle deelnemers voor de uitbreiding van mijn repertoire:

Er was ooit eens een vriendengroepje dat ging kamperen in het Aokigahara-bos in Japan.
Het nieuwste lid van Iron Butterfly; de lieve Belgen van Emptiness om de eigen taal wat aan te spreken en verrassend uit de hoek te komen; de snorren van Inter Arma; de zanger van Junius; Visser van Morbid Saint om te vissen in het moeras, zodoende hij de grond kan voeden en de resurrectie oproepen van de ondoden; Schammasch om de toon te zetten van de nacht. Zo kwamen we gauw uit op meer dan een dozijn leden van de vrolijke vriendengroep oftewel de Nachtelijke Dwalers en de oprichter.

Inter Arma sprak over de CIA in hun kielzog wegens het niet betalen van een boete van 11.945.187€ aan de CIA, omdat ze ocharme zeven films illegaal hebben gedownload.
De drummer van Iron Butterfly stak van wal met klagen over het niet gebruiken van hun naam-inzending aan Miyazaki voor een baas in Dark Souls. ‘Moon Butterfly’ klonk beter, zei de Japanse gamergeneraal, die een metaal niet goed vond passen bij een vlindertje, dat stralen afschiet.
De oprichter grabbelde een zoutgoedkope gitaar vast om wat muziek te maken en begon te spelen.
Iedereen leek onder de indruk te zijn van zijn openingsdriekwartminuut tot hij zijn mond opende: “Oh shit, run, oh shit run.” De gitaareigenaar ontvreemdde het mannelijk auditief seksspeeltje terug en keek bedenkelijk.

Zo gingen de uren gauw voorbij en de oprichter amuseerde zich in stilzwijgen met de fantasierijke gedachten aan zijn uitje op een avond waar Lee Morgan stond te spelen en hij hoofdknikkend mee begon te gaan en fantaseerde over Schone Emma. Dat mochten de stevige boys niet te weten komen…

Een kleine zwevende Mogwai vergaarde licht van de sterren aan de hemel en passeerde toen de maan voorbij Betelgeuze ging en zo aantoonde dat het na twaalf uur des nachts was. De zanger van Junius greep het ding vast en dacht dat water erop kieperen om het beestje schoon te maken garant stond voor een-uit-ei-geboren-Gremlin te creëren, die hij kon gebruiken om te martelen. Spijtig genoeg is de filmwereld niet echt.
Hij suste de vriend van de nacht met een knuffel en Mogwai begon te krijsen en melk te lekken.
Het ding aanschouwde een wansmakelijk schouwspel, dat niet in de woordenboek stond van deze wezens. Het zag verscheidene – niet bij naam genoemde – bandleden met een touw rond hun nek helikoptertje spelen met hun gevleugelde Willies.

De krijs van Mogwai ontwaakte een heuse vuurbal geschoten vanuit onbekend terrein. Het miste de Nachtelijke Dwalers op verschillende prikkende Willie-lengtes na. Iedereen ging naar de vuurbal verderop, als die uitdoofde. Een geweld van instrumenten liet de bal ontploffen! Omhulselscherven zoefden door de lucht op zoek naar The Shins. Drie leden werden geraakt in hun voorbenen en de scherven kerfden ‘You may notice certain things before you die’ in de scheenbenen van het trio. Hard als ze zijn lieten ze de scherven steken.

De rest keek vol verbazing naar de corpsepaint van de band Armagedda.
Een leeg lid zei: “Oef, het zijn maar mensen. We dachten aan de Armageddon, toen die vuurbal kwam.”
Een gedoemde ontsproot uit de drassige grond en fulmineerde naast de Belg: “Hit it on the first try, Villain: the worst guy“ en gaf hem er een stevige lap bij waarbij een Chris Rock nooit meer van zou rechtkomen. Hij ging even snel als hij kwam, met iedereen hun ogen gericht op de grootheid en ze fel opentrokken als eerbetoon aan de gemaskerde.
Schammasch liet even de werkelijke intrede van de toekomstige Armageddon horen met het openingsnummer van The Maldoror Chants.
Kloeke lieden kropen bij elkaar uit angst voor de komst van duivelse hertogen als een Berith en Vual.

Gelukkig kwam het niet zo ver, de vernietiging van de aarde. Integendeel zelfs, veel erger.
Uit de grond kropen vijf skeletten met zeer rechte ribben en wat zombies. Visser van Morbid Saint sprak: “Shit, guilty pleasures. RUN!” hun masculiniteit achterna spurtend.
Een van hen bleef staan, toen gans de Nachtelijke Dwalers wegliepen naar een tijd-continuüm-portaal dat plots verscheen en ze een oorlog zagen op het Afrikaanse vasteland. ‘Is het dan zo erg?’ dacht deze achterblijver.
Beide groepen speelden een duet en hij deed gezwind mee.
Het duet was een oproepingsritueel, daar er een engel verscheen tussen de bomen en bleef steken tussen de takken. De arme man had een fobie van het zweven en wou naar de aarde zakken. Tevergeefs, maar toch deed hij mee.
Benjamin zong: “I won’t stay long, in this world so wrong, say goodbye as we dance with the devil tonight,” en zo ontstond de cirkel des doods oftewel de horlepiep.
De zombie-Ian Thomas-lookalike zat er middenin. ‘De stem is goed, maar het bekkegetrek en het gezicht klopt niet met de stem,’ dacht een schakel van de ronde ketting.
Hij moest weg, want hij wou niet meegezogen worden in het verhaal van niet-gewenste aantrekking en ging zelfs niet in op de stemmetjes in zijn hoofd die eisten dat een knuppel botten moest gaan breken. Hij ging het opzij houden voor noodgevallen.

Dieper in het bos hoorde hij gedruppel aankomen langs de buitenste kanten van een pad, dat niet goed was voor zijn mantra en hart. Hij hoorde langs alle kanten muziek komen in het zelfmoordbos dat omgetoverd werd naar een muziekbos. Het gevoodoo ging sneller en sneller…
Daar kwam hij dan aangepinbald: Sonic the hedgehog.
Sonic vond het echt niet oké, toen de laatste overblijver op zijn terrein kwam. Hij botste tegen bomen; glazen struiken en glazen gevuld met gif en tenslotte Magritte-achtige mannen in kostuum, in achtervolging op de pechvogel. Uiteindelijk kon Sonic hem stevig raken.

De gevallene had zijn geloof in een wederopstaan niet meer. Zeker niet toen hij voor zich wani’ en kappa’ zag cheerleaden: “Be aggressive, B-E aggressive, B-E-A-G-G-…
De zoveelste oorwurm, dacht hij en hij begon te zingen: “No quiero, no quiero, no quiero, esta cancion.”

Een verblindend licht zorgde voor heel wat hoofdpijn toen hij wakker werd na de tuimeling die hem bewusteloos maakte.
Geen bos meer. Een rivier. Een prachtige open rivier met zwanen die je in de verte kan zien aankomen, op zoek naar hun bloeddorstige leider – De Ziener - die op zijn beurt op zoek is naar zijn dochter, die werd ontvreemd door een initiaat bij hem thuis.
De opgeluchte voelde zich vederlicht in de open natuur, maar hij voelde zich alleen. Hij was zijn Nachtelijke Dwalers kwijt. Een hoop kerels met de attitude van de mannen van de SIE, echter de dromen van een peuter.

Dromen. Herinneringen. Hij haalde ze op aan de ontmoeting van zijn ex-geliefde, die een gewaagde openingszet deed met ‘E2-E4’. Hij was helemaal perplex geslagen en antwoordde met ‘E7-E5’ om aan te tonen dat hij haar wel zag zitten. De relatie was een van wisselende momenten en op acht oktober sloeg het noodlot toe. Ze geraakte verslaafd aan drugs.
Mocht Jane niet verslaafd zijn geraakt, was hij nooit met de boys meegegaan. Degenen die hem door dik en dun steunen. Ze was alles voor hem. Hij gaf zijn job op bij het bedrijf Shpongle. Constant feest daar.
Op maandag werden de Brazilianen uitgenodigd. Op dinsdag terug. Op woensdag nog eens.
Ontslag ingediend na drie dagen om bij Jane te zijn.
Zij vulde zijn brooddoos toen hij mocht beginnen als bewakingsagent in hét glazen museum.
Een stereotiep complex waarin genderneutraliteit geen plaats heeft.
De kortgerokte- en getopte dames konden het glazen plafond niet breken op hun stelten toen de heren met plezier vooral gefocust waren op deze bovenliggende artefacten.
Hij moest zwijgen en op de middag opende hij zijn brooddoos. Ze was gevuld met kleine papiertjes met ‘Jane’ erop. Hij legde er eentje op zijn tong – niet goed wetende dat dit een vervangmiddel was voor voedsel of niet – en begon te flippen van plezier. De omhoogkijkende mannen hun hoofden waren reeds vierkantig geblokt door workouts in de gym en nu tijdens zijn trip, ontdeden die van hun lichaam en werden ze vooruit geduwd op een lijn door niemand minder dan Squarepusher, een arcadebroer van Megaman, op de tonen van ‘Tensor in Green’.
De lijn werd gevormd en een Drexciya-sound van completie weerklonk als een echo, dat nogal interconnecterende vonken gaf tussen de hoofden.
De hoofden brokkelden af in wit poeder en dat was het sein voor hem om weg te wezen.
Hij werd terug ontslagen en nam tevens afscheid van Jane en haar verslaving die ze op hem wou richten.

Hij mijmerde verder met de tijd die wegtikte en stilletjes aan hoorde hij het geruis van een radio dichterbij naderen. Zijn draaier draaide naar rechts en bezag vijf naakte mannen op een vlot. Volledig behaard en onverzorgd over gans hun lichaam. Kunstwerken uit de Homo Habilis-tijd. De leider zong:
“I never wanna dieeeee, born to be wiiiiiild.” Net als de radio op hun vlonder. Het geautomatiseerd vlot trok een grafzerk voort van een ver in de toekomst overleden ‘OfFPIR’. Elke keer als het refrein de lucht werd ingejaagd, dompelde het grafzerk zich onder in het water.
“Wel, wel, wat een petieterig gedoe,” vertelde ons hoofdpersonage zichzelf.
“Nu, nu. Laat ons spelen,” hoorde hij naast zich, direct vertaald in zijn eigen.
Een duo speelde op iets ukelele-achtig en haar stembanden resoneerden op het water kleine golfjes.
De achtergelatene ging mee met het tempo, te zien aan het hoofd, maar na een nummer of twee gingen ze weg, want er was te weinig volk.

Oei! Geritsel achter hem. Zijn spieren spanden op en haartjes omhoog…
Wat een stem van deze moddersirene! Wat een verschijning! Een nedergedaalde Engel uit het Paradijs te hard geploft in de aarde en klaar om meteen te zingen.
Ze riep dat hij moest sterven voor de zoon. Welke zoon?
Hij keek paniekerig rond, hopend dat er geen sluipmoordenaar ronddwaalde.
Dan sloeg de kerkelijke bel toe in zijn gedachten.
Hij kent deze rivier. Op een uittakking ervan sloeg het noodlot toe.
Hij moest sterven voor Jeff Buckley, zoon van Tim.
Diep in de rivier keek hij met bedroefde waterige ogen. Het purper van de amethist-kristallen leek hem toe te zingen: “Ooehooehooeh, ooehoooehooeh.”
Hij zette een stap naar voren en…
“Aaaaaahaaaahaaaaaahaaah.” Het purper werd diep-purper en steeg naar een verschrikt hoogtepunt.
Nog meer geschreeuw naast hem van de drie-woordige band Sonhos Tomam Conta, die hij meteen knuffelde.
“Een waarschuwing was gewenst geweest, mijne muzikanten. Ik ga later een afspraak moeten boeken bij Stereolab om de oren wat uit te kuisen onder de druk van analoge rock. Dan zal alles wel goed komen,” zei de niet-meer-enige, die toch eigenlijk liever wel alleen was en terug het bos in trok zonder beter weten.

Net voor hij een pad vond, kwam hij nog een band tegen, die hij meteen high-fivede. Ze zeiden dat ze met lege handen terugkeerden van een lange reis.
“Misschien wensen jullie een beetje virus op jullie handen door mij?”
Ze bedankten me voor het aanbod, maar njet. Een eureka-lamp ging branden bij een van hen en ze stapten discussiërend naar de rivier.

Terug in het dicht gevlochten bos, op een bodem dat leek te ademen, begon een nachtegaal:
“I got nobody on my side, and surely that ain’t right.”
Een reactie bleef niet lang uit, want een boom verder begon een mannelijke nachtegaal:
“De wereld heeft me failliet verklaard.”
De droevige vogel kon niet op tegen zoveel energie en koos de noorderzon als partner.

Niet toevallig lag er een klein moerasje onder de angstaanjagende bomen met de twee nachtegalen in.
Bubbels spatten open uit het bruin goedje en dan iets langwerpigs waaruit noten kwamen.
De avonturier wist waar hij zich aan mocht verwachten, namelijk meer dan veertig minuten lang een bosnimf zien / horen spelen op een fluit. Het enige wat hij wou, is simpelweg een uitweg zoeken uit het bos dat hem gek dreef, maar de rariteiten bleven maar toestromen.

De oprichter van de Nachtelijke Dwalers ging op de loop en was beduidend sneller dan de bosnimf, die over een krokodil struikelde en hem de vraag stelde: “Ey, moatje, edde gij een vureke gezien, want kmoet er iene goan blusse,” bedoelend op rondzwevende Hitodama’, die het bos onveilig maken met rondstrooiende manifestaties.
Fluiter van dienst openbaarde het Gramatik-boek en verbeterde de krokodil met de nodige samples, waarna de wani horendol werd na een herinnering aan zoveel scenes in zijn Yokai-bestaan.

Slenterend ging de solist verder naar een onbekend punt in het vervloekte bos, als de zonnestralen de bomen aaiden.
“Watch out, we are The Aynsley Dunbar Retaliation and we are here to make your world rock in a groovy way!” was Dunbar fel van mening.
Hij knakte precieze takken af en begon ze te bonken op holle boomstammen.
“Bedankt voor het intermezzo, maar waar is de uitgang, aub?”
De wazige leden keken naar elkaar in ongeloof en de protagonist wist hoe laat het was.
Hij draaide zich een kwartdraai om en zag nog een groep die klaar was om zich te introduceren.
Geen woorden, maar daden. Ze braken kleine struikjes en boompjes af met het gemak waarmee een Oostenrijker terroristen naar de jachtvelden jaagt. Ze begonnen te ‘parapatatapieën’ over het soort mensen dat naar de hel gaan, ook niet wetende dat ze er zelf zijn belandt.
Geen twee zonder drie, dachten enkele boomknuffelaars, die plots vrede begonnen te verspreiden:
“Light ended the night (…) and as the sky would petal white…”
De hoofdvandaal haalde een cimbaal tevoorschijn en gooide die naar Pecknold: “Winter is net afgelopen, zwijgen!”

De gevoelloze liet het tafereel achter zich voor wat het was en tjokte voorts. Een plotse ingeving kwam:
‘Lee Morgan, mijn fantasieman schreef ‘She’s so blue been so cold’. Misschien moet ik toch sterven om hieruit te geraken? In de rivier zag ik aan het purper een Fugu drijven. Misschien moet ik die opensnijden en een stukje opeten?’

Hij ging terug en zag dat Anna genoot van een voetmassage, gestuurd door Lua van Sonhos Tomam Conta en Anna prevelde: “My sweet John, my sweet John.”
Hij negeerde het voorspel en vond al gauw een Fugu.
Een herinnering aan wellustige tijden van weleer met Bohren in ‘Club der Gore’, deed hem ijveren voor het schransen van gans de vis. Geheel zoals de kannibalen daarbinnen deden door te boren.
Hun vlees in de club haalden ze bij het Obsqure-hostel in Roemenië. Ze lokken daar nietsvermoedende Amerikanen met een muzikale totempaal en de rest is geschiedenis, want er werd een film over gemaakt waarvan niet geweten is dat het op waargebeurde feiten is gebaseerd.
‘Spijtig was Cooke hier niet, want rauw is op de tanden bijten, haha,” zei de grapjas zonder iemand in de buurt.
Hij beeldde zich het voorbereiden van een diner in met Sam. “Just you and I,” samen zingend in een duet, om hem daarna af te zetten in een jazz-café waar JC Brooks and the Uptown Sound de stilte zou laten razen met flirterige songs en mannen hun lief vasthielden, zodat ze niet betoverd naar de groep zouden stiefelen om hen te flashen in een deftig café.

Vooraleer hij ‘lekker’ kon zeggen was hij weg. Vertigo-gewijs aan het vallen.
“Fuck it. I’m done,” traande de geslagene.
Uit Chaos kwam niks, evenzeer duisternis.
“Kan ik je een uitweg bieden naar mijn thuis?” sprak een laag-bij-de-gronds wezen.
Een blik naar beneden geworpen en hij zag dat een wijze kat had gesproken.
“Ja, alsjeblieft. Wijs me de weg.”
De kat opende een portaal naar een nachtelijke hemel en zonder terughoudendheid stapte de oprichter erin. Was dit echt of een trip?

Korreltjes tot de oneindigheid bezaaid over heuvels met een achtervolgende drone boven hem zoemend.
“Geweldig, toch. Een reis naar waar?” pufte en zuchtte hij uit zijn stoffige keel.
Hij zet zijn eerste stap vooruit en een zacht sprekende stem danst over het goud, een weg tonend op de heuvel.
Bovenaan ontwaart hij een reusachtige arena en een luidspreker: “Hayya ala salah.”

Hij rolt zich de heuvel af, omwille van de aangename snelheid en botst bijna tegen de poorten met de tonguitstekende kat bovenaan, die terug spreekt: “Klaar voor ronde twee?”


Sorry, ik kon het niet laten :unsure:.
Tl;dr: Alles is een 6/10 of meer waard. Ik eis bij de volgende ronde een Bieber of Clouseau om het gemiddelde naar beneden te halen.

- The Seer
- Dead Magic
- The Maldoror Chants: Hermaphrodite
- Angel Dust
- Oriental Banquet en Music For Ghosts

Heb deze albums nog eens moeten beluisteren om ze te plaatsen in orde. Dead Magic is een plek opgeschoven.
 
Ik was "brownies" aan het snoepen. Ik zie dan plots een stukje brownie op de vloer liggen en ik raap dit op.
Ik denk: 5 second rule en ik wil dat dus opeten.

Nu bleek dat onze hond een stukje stront aan zijne knikker had hangen en dat was dan op de vloer gevallen. :frown:
Dat was alvast niet mijn lekkerste lekkernij.
:rofl:
Das echt al de post van de maand voor mij. Voor mij is hij de winnaar van die thread.
 
Even nieuw leven in deze blazen. Mijn nominatie voor deze maand.


1659478488428.png


En dan nu gaan we wijnen!
 
Even nieuw leven in deze blazen. Mijn nominatie voor deze maand.


Bekijk bijlage 11951

En dan nu gaan we wijnen!
Wijnen! Wijnen!
 
Even nieuw leven in deze blazen. Mijn nominatie voor deze maand.


Bekijk bijlage 11951

En dan nu gaan we wijnen!
zelden_so_gelachen.png


En nu zitten ze mij allemaal hier op de bureau te bekijken en zich af te vragen waarmee ik zo lachte.
 
Even @Enforcer bedanken voor zijn heldere uitleg over details van de oorlog in Oekraïne, altijd nuttig om te lezen waarom bepaalde beweringen van oorlogspartijen niet kunnen kloppen .
 
Afgelopen zondag was het weer zover. Kindjes in bed. Huis opgeruimd. Vrouw content in de zetel. En ik op avontuur, naar de frituur!

De 'Mr.Anderson Big Royal' moest geprobeerd worden. Bij aankomst in de frituur was de frituurbaas content mij te zien en stak me direct een wachtpint in de hand. Na 3 weken zelf niet te kunnen gaan kan je het de man natuurlijk niet kwalijk nemen.

Bij de bestelling heb ik enkel de zachte mayonaise vervangen door cocktail, geen idee waarom, dat was een ingeving op het moment zelf en ik heb die doorgetrokken. Halverwege de bestelling zei de frituurbaas: 'ja man, gij hebt honger zeker?!' Ik antwoordde met: 'dat is Beffer zijn schuld!'
Ik lachte, de frituurbaas en zijn assistent lachten ook. Heel groen en verbaasd, maar ze lachten.

Eens de bestelling afgerond zei de beste man achter den toog: 'nog een pintje?'
'Zeer zeker, mijn beste' was het antwoord.

Terwijl ik m'n 2de wachtpintje aan sneltempo aan het verslinden was had ik een 2de ingeving. In plaats van 'de Mr. Anderson Big Royal' noem ik dit monster 'een Beffertje'.

Vol enthousiasme vlamde ik naar huis, reed den auto door de poort, sprong eruit, koprol, en ik gleed tot aan de salontafel waar m'n vrouw heel geschrokken in de lucht sprong. 'WAT IS DAT LAWAAI?!'
'Niets schatteke, zorgen voor later, WE GAAN ETEN!'

Ik ontdeed het Beffertje van papier, smeet er een vork naast en wou net beginnen wanneer ik plots opmerk dat er iets niet klopte! Ik was vergeten om een bijhorend pintje uit de frigo te halen. Ik sprong recht en begon zo snel ik kon te trappelen. Door de gladde parket in combinatie met kousen bleef ik cartoongewijs enkele seconden ter plaatse trappelen om dan met een kanonschot vooruit te vliegen.

Met alweer een serieuze sliding arriveerde ik aan de salontafel met een IJSKOUDE Jupiler.

En dan was het zover, ik kon beginnen aan het extreem vettige misbaksel genaamd 'het Beffertje'.

Behalve de zachte mayonaise heb ik de richtlijnen zo goed als mogelijk proberen te volgen, met succes zoals je kan zien!

Maar halverwege de veldslag begon ik het bos door de bomen niet meer te zien. Wat was ik nu eigenlijk allemaal aan het eten? Misschien moet ik het simpeler houden? Misschien is het wel te veel? Maar het heette initieel dan ook 'Big Royal', dus het klopt ook ergens?

Halverwege ben ik opnieuw om een Jupiler gelopen om alles wat door te spoelen. De satékruiden zorgden voor een grote dorst. Terwijl m'n maag aan het tieren en wenen was, goot ik wat bier naar binnen. Shhhht.

Al bij al zeer van genoten, zo'n Beffertje. But be warned, 't is godverdomme veel en ik ben veel gewoon. Eerlijkheidshalve moet ik toegeven dat ik niet alles opgekregen heb. Slechte dag? Kan. Toch geef ik dit een perfecte 4/7.

Op naar volgende zondag!

Edit: @Beffer ik heb de 2 wachtpintjes voor niets gekregen! Great succes!
Ere wie ere toekomt, een absolute meesterwerk
 
Laatst bewerkt:
Terug
Bovenaan