Ik heb zéér veel spijt dat ik de kans niet heb genomen om als Erasmusstudent naar een ander land te trekken. Dus ik ken enkel België als "woonland" en ander landen heb ik enkel als toerist mogen ervaren. Ach, kon ik de klok maar terugdraaien!
Ik heb echter regelmatig last van Fernweh. Te pas en te onpas hoor ik de felbesnorde Perzische buschauffeur roepen naar reizigers naar Esfahan (op een prachtige manier uitgedrukt: Esfahan, Esfahan, Esfahaaaaan!), ruik ik die typische geur van marktjes in Zuid-Oost Azië of loop ik met dezelfde belachelijke glimlach rond die ik 10 dagen lang had toen ik in Japan rondliep. God, wat was dat een machtige reis! Zo kort, zo krachtig! Ik heb wel wat van Europa gezien, maar het is die eerste schreden buiten het gekende Westen die er voor mij toe deden. Had ik het maar eerder gedaan! Peru was mijn eerste sprong in het ondiepe en dat voelde zo verdomd goed. Ik weet nog dat ik die drie weken in een roes verkeerde en dat de terugkeer naar het grijze, verbitterde België een pijnlijk contrast was.
Maar mijn geklaag over de verbitterde, rancuneuze klagers maakt me zelf een zagevent. Er zijn mensen die zeggen dat je niet fier kan zijn op je land omdat je daar toevallig in geboren bent. Dat zou absurd zijn. Maar je bent toch ook toevallig geboren uit je moeder en je beland toch ook in een bepaalde sociale context die je, als je goede kaarten hebt bij geboorte, leert appreciëren en liefhebben? Ik ben absoluut geen Belgicist, maar ik zoek met veel plezier informatie op over de regio waarin ik leef. Ik ben historicus van opleiding en ik train graag mijn psychogeografisch vermogen: de mogelijkheid om verschillende tijdslagen in je eigen omgeving te kunnen ontwaren. Het Centraal Station van Antwerpen betreden en met je verbeelding stoomtreinen zien toekomen en kruiers zien rondhossen achter de schone heren en dames uit de Belle Epoque. Dan de Leien oversteken en daar de Franse muiters zien stormlopen aan de Kipdorpbrug. Pintjes drinken aan de Stadswaag en je inbeelden hoe het was toen de Duitse zeppelins het plein bombardeerden. Ik heb het zelf niet meegemaakt, maar mijn voorouders wel. Ik ga hier dingen meemaken die in een of andere lijn zal doorlopen naar mijn afstammelingen. Die persoonlijke link maakt me verbonden met een stad, een gebied, een land. Ik laat me niet (meer) verleiden tot platvloerse nationalistische romantiek, maar ik vind het zeker niet absurd dat ik genegenheid voel voor deze plek op de aardkloot.
Wat ik mis aan België:
- absurd mooie en ongerepte natuur. Ik benijd mensen die in bergachtige gebieden wonen met dramatische landschappen. Vlaanderen is grotendeels gecultiveerd en door de mens aangetast. Het is fijn dat ik in mijn onmiddellijke omgeving een bos kan induiken en een kwartier lang geen mens tegenkom, maar de beschaving is altijd héél dichtbij en dat overweldigende gevoel van het Sublieme overvalt me hier niet. Mogelijk omdat ik mijn eigen omgeving als vanzelfsprekend beschouw. Ik neem dus graag de uitdaging op om de verwondering ook in het nabije op te zoeken, in dat wat ik als normaal en vanzelfsprekend beschouw. Daarin zie ik een fraaie levenskunst.
- een boeiende eetcultuur. Ik eet wel graag boerenkost (stoemp van de bomma was goddelijk) en daar is op zich niets mis mee, maar als ik de Japanse of Thaise keuken zet naast die van ons ... hoe saai zijn we wel niet?
- zelfkennis. Toen ik in Iran was verbaasde ik me dat jong en oud, geleerd en niet-geleerd, gelovig en niet-gelovig samenkwamen aan de praalgraven van de grote dichters. Zij kenden die gedichten uit het hoofd. Ik voelde daar een aanwezigheid van een beschaving. Wij hebben een rijke geschiedenis, maar dat vertaalt zich niet naar de bewoners.
Enfin. Ik kan nog even doorgaan, maar hou het voorlopig op dit. Ik heb het goed in dit land en als ik al kritiek heb, vind ik ook dat het aan mij is om daar een gepaste oplossing voor te zoeken zodat ik met een probleem kan leven. Ik zoek verwondering in het nabije, probeer zelf boeiend eten te maken of op te zoeken en werk graag aan een grotere kennis van de omgeving waarin ik woon. Ik heb geen directe incentive om te verhuizen naar het buitenland, al was dat misschien anders mocht ik single zijn gebleven.