Hé, zeer herkenbaar! Bij deze ook ‘een greep uit het assortiment’:
Mrs. K wou een ingemaakte vestiairekast, want dat maakt alles veel properder. Iedereen weet dat je op dat moment niet veel keuze hebt en dat er binnenkort een ingemaakte kast zal zijn. Bevriend schrijnwerker opgetrommeld, kast op maat laten maken. Alles op en aan, voor de jassen, schoenen, mutsen, sjaals, chacossen, paraplu’s, you name it. Al snel een 2000 euro armer, maar uiteraard: happy wife = happy life. Ik zweer het u, als ze haar jas of schoenen er al twee keer heeft ingehangen/ingezet zal het veel zijn. Elke keer opnieuw kan bibi de jas van de stoel halen en de schoenen van de mat aan de achterdeur. Frikking 2000 euro...
Je kent ze wel, de ‘proppers’ en de ‘vouwers’. Nu kan ik u zeggen dat dat niet alleen geldt voor toiletbezoeken. Neen, Mrs. K is ook een propper als het op kleren aankomt. Ik zou hier eigenlijk eens een foto van haar kleerkast moeten uploaden. Een kat vindt er haar eigen jongen niet in terug. Gelukkig vindt ze er af en toe nog eens iets in terug waar nog een etiketje van de winkel aanhangt, zodat we toch een shoppingdag kunnen vermijden.
Mrs. K wast en strijkt niet graag. Ok, ik geef toe, ‘t is ook niet aan mij besteed, dus klagen doe ik niet. Van zodra er echter maar een onderbroek of twee meer te bespeuren valt (je kent ze wel, die ambetante die je laat liggen tot hélemaal op’t laatste) durf ik het toch aan om te vragen of er al onderbroeken gewassen zijn. In een collère, omdat ze vindt dat ik ze zelf maar moet wassen (misschien wel terecht, maar dat zal ik nooit toegeven), laat ze weten dat ik morgen onderbroeken zal hebben. Een snak en een beet en een vieze blik later heb ik iets van ‘meh, toch beter dan die laatste twee te moeten dragen’. Ze had niet gelogen, ik had onderbroeken! Ware het niet dat ze in plaats van een wasmachine in te steken, nieuwe onderbroeken was gaan kopen. I kid you not, ik kan een heel seizoen verder zonder een waske te moeten insteken of die twee ambetante te moeten dragen.
Om af te sluiten, de klassieker der klassiekers. 06:30, de wekker gaat. Je staat op en begint aan de ochtendshift (met twee kinderen, eentje van 1 en eentje van 3, spreek je effectief van een ‘shift’). Een heel gedoe om die kadees klaar te krijgen, jezelf klaar te maken en nog iets van ontbijt naar binnen te werken. 07:30 dochter naar de crèche, zoon naar de voorschoolse opvang en Sir. K onderweg naar het werk. Lange, vermoeiende werkdag, pas om een uur of 18:30 terug thuis. Ondertussen heeft Mrs. K de kinderen al opgepikt, is op dat klein uur tijd het huis al ontploft en zie ik dat ze ondertussen de wanhoop nabij is. Van zodra ik thuiskom is dat voor haar natuurlijk het signaal dat ik op de kinderen kan passen, want zij moét aan het eten beginnen (dat ze dat graag doet en ervan tot rust komt is uiteraard eventjes van ondergeschikt belang). Bon, zorgen dat de monsters nog iets eten, ze in bad steken en het gevecht aangaan om ze eindelijk in bed te krijgen. Het is ondertussen bijna 20:00. Nog even het speelgoed opruimen, Mrs. K haar jas en schoenen in de vestiaire keilen, de vuilzakken buiten, rekeningen betalen en nog eens met de stofzuiger rondgaan. 20:30 (we waren al van 06:30 wakker hé) alles proper, kindjes in bed, eten zo goed als klaar, even een momentje rust. De voetjes omhoog en languit de zetel in. En dan komt het... ”Aaah, meneer gaat efkes op zijn gemak liggen en wat op zijne GSM zitten?! Kzal ik hier wel weer mijn botten afdraaien in de keuken!” I swear, op dat moment kook je harder dan de pasta van Mrs. K...