Maar meer uitgeven dan wat je binnenhaalt is nooit geen goed idee.
Laat ons eerst maar zeggen dat ik vind dat een begroting op orde moet zijn, maar bovenstaande zin is onwaar zoals ze daar als zwart-wit stelling staat.
Stel nu dat er morgen 2 plannen op tafel liggen voor een bepaald jaar:
1: begrotingsoverschot van 1%, maar vanwege de heftige besparingen gaat de economie stagneren (dus groeien met 0%).
2: begrotingstekort van 3%, maar vanwege de heftige investeringen gaat de economie groeien met 5%.
Als je als land het jaar begint met 100 euro staatsschuld, dan eindig je in het eerste geval met 99 euro staatsschuld (vanwege het begrotingsoverschot). Als we nu ook nog eens uitgaan van een BNP van 100 euro, dan blijft dat gelijk door de stagnatie van de economie. In totaal heb je de schuldenberg met 1% kleiner gemaakt: goed gedaan dus als overheid.
In het tweede geval ligt het wat genuanceerder, want je eindigt met een staatsschuld van 103 euro. Op het eerste zicht minder goed dan het eerste geval, maar vergeet niet dat de economie gegroeid is met 5%. De capaciteit om de schuld terug te betalen is dus ook gestegen: het BNP is nu 105 euro. Een andere manier om dat voor te stellen is dat je schuld eigenlijk gedaald is met 5%, dus je schuldenberg is in de praktijk ongeveer 98 euro geworden.
Intuïtief kan het eerste geval beter lijken, maar in de praktijk is het tweede geval beter. Vandaar dat de staatsschuld ook regelmatig uitgedrukt wordt in percentages van bijvoorbeeld het BNP. Dat geeft niet alleen de hoogte van de staatsschuld weer, maar in telt er ook de capaciteit om die schuld terug te betalen bij.
In de praktijk betekent het dat de overheid prima meer mag uitgeven dan ze binnenkrijgen, zolang die extra uitgaven maar resulteren in nóg meer extra inkomsten. Vergelijk het met een gezin wat een tweede hypotheek neemt om een huurwoning te kopen, om dan met die huurinkomsten mee de eerste hypotheek af te betalen. Dat resulteert ook in een hogere schuldenberg, maar mogelijk kan je die volledige berg wel rapper terugbetalen.