Review: Virtua Fighter 5 Ultimate Showdown

Het moge dan wel een serie zijn die al minstens een decennia geleden door SEGA in de vergetelheid werd gekieperd, maar wonder boven wonder besloot het bedrijf om alsnog opnieuw aandacht te besteden aan Virtua Fighter. De ouwe rakkers onder ons zullen wellicht zeer bewust zijn hoe impactvol deze memorabele 3D fighting game ooit was - laat staan de invloed die het uitstraalde over andere grote klassiekers zoals Tekken of Dead or Alive - dus Virtua Fighters terugkeer kunnen fans van het genre alleen maar toejuichen. Nu rest er enkel nog één vraag: is Ultimate Showdown een zogenaamde return to form, of zal het al gauw overschaduwd worden door de competitie?

Laten we meteen duidelijk maken wat de Ultimate Showdown-uitgave precies inhoudt. We spreken hier niet over een algemene revisie in de aard van een nieuwe Season in andere fighting games zoals Street Fighter V’s recente Champion Edition; géén nieuwe personages noch universele aanpassingen aan de gameplay-balans. Heb je voordien Final Showdown op de Xbox 360 of PS3 gespeeld, de (voordien) laatste versie van Virtua Fighter 5, dan zal je je al gauw thuis voelen in Ultimate Showdown. De inhoud van het totaalpakket is nagenoeg hetzelfde tussen de twee games, weliswaar met een paar asterisken wat betreft algemene features en de audiovisuele presentatie, waarover later meer. Kortom: gameplay-gewijs een nauwkeurige remaster die men beschikbaar maakte voor een meer modernere console.

VF5-1.jpg


“Don’t cross a man of the sea!”

Ultimate Showdown benadrukt grotendeels het online-gebeuren; dankzij gestroomlijnde menu’s en allerlei nieuwe opties is het uitdagen van andere spelers er intuïtiever door geworden, ten minste op bepaalde vlakken. Ranked Match (nu bestaande uit een Best of 3-systeem) is de standaard keuze en start een matchmaking search vanuit Training, je kan nu je personage-voorkeuren opslaan alvorens een match begint, en lobby's (oftewel Room Matches) ondersteunen nu maximaal 16 spelers. Specifiek dat laatste beschikt nu over enkele nieuwe praktische configuraties die ontbraken in Final Showdown, wat vooral het spelen van lange sessies (of het aanschouwen ervan als een spectator) een pak aangenamer maakt. Battle Data (zoals win rates per stage, concrete details per personage, ...) werd eveneens uitgebreid, er bestaat nu een Tournament Mode (met allerlei formaten zoals Double Elimination nota bene) en het hoofdmenu draait zelfs constant replays van willekeurige Ranked Matches (binnenin hoge klassementen) in de achtergrond. Het is vrij doordacht voor een spel waar we enkele weken geleden zelfs het bestaan niet eens van wisten!

Dankzij gestroomlijnde menu’s en allerlei nieuwe opties is het uitdagen van andere spelers er intuïtiever door geworden.


Toch bestaan er enkele bizarre akkefietjes die SEGA toch wel kon vermijden gezien de uitdrukkelijk multiplayer-gerichte focus. De verbindingskwaliteit wordt helaas weergegeven via balkjes in plaats een numerieke ping-weergave, je eigen match-replays opslaan (zoals in Final Showdown) ontbreekt, een indicatie of een filter-optie voor het type verbinding (lees: ethernet versus draadloos) bestaat überhaupt niet, iemand uit je PSN-vriendenlijst naar je lobby uitnodigen is momenteel niet mogelijk (wat niet ontbrak in Final Showdown), password search staat geen manuele ingave toe - het toont raar genoeg enkel zulke rooms in een lijst - en Ultimate Showdown utiliseert jammer genoeg geen rollback netcode. Hoewel dit laatste op zich geen absolute ramp is wegens een (relatief) robuuste implementatie van delay-based netcode, blijft desondanks dit soort infrastructuur objectief inferieur naast het eerder vermelde alternatief voor het cultiveren van een lange termijn spelers populatie. Ongeacht het feit dat een aantal zaken op moment van schrijven zeker voor verbetering vatbaar zijn, bevindt het online-pakketje zich reeds in een stabiele toestand, plus SEGA kondigde inmiddels aan dat verdere functionaliteiten in aantocht zijn. Openbare Tournaments en gelijktijdige matches tussen meerdere spelers binnen één lobby (zoals in onder andere Power Rangers: Battle for the Grid) bijvoorbeeld kunnen we binnenkort via toekomstige patches verwachten.

VF5-2.jpg


“Less talk, more action!”

Qua single player-aanbiedingen blijft het echter net zo beperkt als Final Showdown, wat te verwachten was wegens de ‘esports’ marketing in Japanse omstreken, evenals de relatief korte ontwikkelingsperiode. Verwacht dus geen cinematische taferelen zoals in titels van Arc System Works of Netherrealm Studios. Offline Versus is puur voor lokaal met een kameraad te wedijveren, Arcade is het typische ‘versla x aantal CPU-tegenstanders inclusief een eindbaas’ scenario en Training is zowat de meest nuttige modus. Vanaf hieruit kun je zonder stress je vaardigheden polijsten: iemands move list beoefenen, een personage z’n frame data bestuderen, specifieke situaties manueel instellen om ze vervolgens te examineren via allerhande CPU-opties (inclusief input recording) enzovoort. De voornaamste Training Mode features die je in meeste hedendaagse fighting games tegenkomt zijn dus effectief present, hoewel het lang niet in de buurt komt van de belachelijk uitgebreide tutorial tools van Virtua Fighter 4 Evolution op de PlayStation 2. Helaas een gemiste kans om de figuurlijke kroon in dit gebied opnieuw op te eisen…

Los van het bovenstaande, hoe zit het dan met de eigenlijke gameplay? Deze bevond zich in 2010 (met Final Showdown) reeds in een uitmuntende conditie, waardoor Ultimate Showdown net zoveel voldoening geeft als toen; een fantastische combinatie van vloeiende simpliciteit gepaard met een agressieve no-nonsense aanpak. Het tempo draait behoorlijk snel eens je de verscheidene nuances benut - zeker met een timer van enkel 45 seconden - en de schade die je (soms heel plots) kan oplopen is zorgvuldig gefinetuned. Het ritme van een gevecht wordt daarenboven zelden ‘uitgesteld’ door ellenlange combo juggles (in de aard van Tekken of Marvel vs Capcom) wegens die hoge damage-waarden, waardoor spelers toch wel genoodzaakt zijn om vlug hun volgende stap uit te voeren, zij het offensief of defensief. Dit allemaal zonder enige mechanische versoepelingen; gimmicks zoals een EX- / Super-meter of andere comeback-elementen zijn hier niet aan de orde, en het is gewoon hard knokken op een thematisch heel gegronde manier!

VF5-4.jpg


“My body’s an unstoppable… weapon!”

Toch heeft Virtua Fighter in deze instantie een nogal onterechte reputatie: met zulke omschrijvingen denken veel spelers meteen dat de instapdrempel behoorlijk hoog ligt, wat eigenlijk in werkelijkheid niet het geval is. Het gebruikt maar enkel drie knoppen, de input-timingen zijn over de algemene lijn relatief lax (deels dankzij wijde buffer windows) en welke soort manoeuvres sterk of zwak zijn tegen een ander, blijven op een paar uitzonderingen na zeer consistent voor ieder personage. Fysieke aanvallen, verdedigend blokkeren en worpen functioneren zowaar onder steen-papier-schaar-achtige principes, en verdere diepgang werd dan toegepast in zowel de verschillende arena’s (uitgerust met ring out-potentieel of extra benefieten dankzij omheiningen) als de verschillende vechtstijlen van de 19 verschillende personages. Conceptueel is Ultimate Showdown lang niet zo moeilijk als de consensus durft te beweren, en zelfs met een meer luchthartige, speelse houding voelen de dynamieken van een gevecht relatief logisch aan in plaats van intimiderend.

Geen grafische hoogvlieger, maar net de opknapbeurt die het spel nodig had voor hedendaagse verwachtingen.


Tegelijkertijd zijn de personages net hetgeen waar Virtua Fighter absoluut schittert. Negentien vechtersbazen klinkt misschien wel aan de lage kant voor een moderne fighting game en ze ogen op het eerste zicht misschien wel banaal, maar het team achter dit spel realiseerde ze op indrukwekkende wijze. De beschikbare vechtstijlen zijn niet alleen divers, maar ze voelen ook nog authentiek aan, omdat ontwikkelaar AM2 eindeloze respect toont voor de gemengde gevechtskunsten. Hun interpretaties van kickboxing, Jeet Kun Do, kung-fu, judo enzovoort bevatten elk geheel unieke gameplay-elementen en uitstekende animaties, waarvan Taka-Arashi dé perfecte kandidaat is om dit te illustreren. Omdat hij een sumo-worstelaar is, bevindt hij zich in z’n eigen exclusieve gewichtsklasse, waardoor alle andere personages nu opeens hun combo’s moeten aanpassen. Niet alleen dat, maar het merendeel van de worpen animeren nu volledig anders, omdat logischerwijze (bijvoorbeeld) iemand van korte statuut zo’n gigantische man natuurlijk niet meteen gaat suplexen. Zulk oog voor detail was lang niet noodzakelijk, maar AM2 deed het toch nog voor hun eigen plezier.

VF5-3.jpg


“To be strong is… beautiful.”

Dit brengt ons vervolgens naar ons volgend punt: voor een spel dat oorspronkelijk 15 jaar geleden werd gemaakt, blijft de oorspronkelijke Virtua Fighter 5 op visueel vlak toch wel relatief aantrekkelijk, zeker op het vlak van animaties. Ze werden opgenomen met motion capturing, zitten tjokvol knappe referenties - zeker als je naar de worstelaars Wolf en El Blaze kijkt - en ze behoren nog steeds tot de beste van het genre, zelfs naast meer moderne fighting games. Andere elementen zoals de belichting of skin shaders verschijnen wel een beetje ouderwets, maar dit is net hetgeen dat Ultimate Showdown corrigeerde. Alle character models én alle stages werden opnieuw ontworpen, ditmaal op de Dragon Engine van de meest recente Yakuza-games, en het esthetische resultaat ziet er best mooi uit voor een PlayStation 4-titel. Uiteraard geen grafische hoogvlieger, maar net de opknapbeurt die het spel nodig had voor hedendaagse verwachtingen. De enige nadelen zijn dat de gezichten van enkele personages (zie Akira) er nogal eigenaardig uitzien vergeleken met hun oorspronkelijke look, dat hogere resoluties voor de PS4 Pro en PS5 niet werden inbegrepen voor betere beeldkwaliteit, en dat de nieuwe HUD tijdens een gevecht er nogal onaangenaam uitziet. Hoedanook, qua visuals doorstaat Virtua Fighter de tand des tijds met vlag en wimpel.

Conclusie

Hou je ervan om een nieuwe fighting game te leren, dan loop je niet mis met Virtua Fighter 5: Ultimate Showdown, zeker als je het via PlayStation Plus bemachtigt. De gameplay voelt nog steeds ontzettend strak aan, de presentatie (inclusief geheel nieuwe soundtrack) werd aanzienlijk opgepoetst en de online multiplayer is (ongeacht een aantal rare mankementen) ten minste verdienstelijk. Graag hadden we echter de iconische Quest Mode (met A.I. gebaseerd op pro-spelers) van de vorige iteraties wel terug gezien en de character customization laat eigenlijk wel een beetje te wensen over, deels omdat men (logischerwijze) achterstallig is met het grafisch verbeteren van Final Showdowns ontbrekende componenten. Jammer genoeg voorspelbaar aangezien het er duizenden zijn, maar SEGA vermeldde alleszins dat ze na verloop van tijd meer DLC (zoals deze Legendary Pack) beschikbaar zullen maken. We zijn voorzichtig optimistisch over de toekomst van Virtua Fighter, maar wij willen althans meer!

Pro

  • Geweldige visuals en animaties
  • Variëteit in vechtstijlen / personages
  • Voortreffelijke gameplay
  • Korte laadtijden voor rematches

Con

  • Geen rollback netcode
  • Enkele ontbrekende online features
  • Incomplete customization
8.5

Over

Beschikbaar vanaf

1 juni 2021

Gespeeld op

  1. PlayStation 4

Beschikbaar op

  1. PlayStation 4

Ontwikkelaar

  1. SEGA AM2

Uitgever

  1. SEGA
 
Laatst bewerkt door een moderator:
Terug
Bovenaan